De bruggen waar Iv-Infra deze monitoring voor verricht zijn de Brug over de Boven Merwede bij Gorinchem, de brug over de Beneden Merwede bij Papendrecht, de Spijkenissebrug, de stadsbrug in Zwijndrecht, de brug over de Noord tussen Alblasserdam en Hendrik-Ido-Ambacht, de Haringvlietbrug en de Wantijbrug. Het plaatsen van de sensoren is een klus die doordacht en uiterst nauwkeurig moet worden uitgevoerd om de gewenste resultaten te kunnen opleveren. Het is geen kwestie van we bevestigen hier en daar wat sensoren en het meten kan beginnen. Het is maatwerk. En daarnaast is het belangrijk dat de metingen juist worden uitgevoerd en dat de resultaten vervolgens ook goed worden geanalyseerd en geïnterpreteerd. Daar is naast kennis van monitoring ook constructieve kennis voor nodig.

Voorafgaand aan het plaatsen van de sensoren heeft Iv-Infra de constructie van de bruggen geanalyseerd. Daarbij hebben we onder andere gekeken naar: wat wil Rijkswaterstaat nu echt weten? Waar zitten vervormingen in de brug? Waar kunnen die vandaan komen? Hoe beïnvloeden ze elkaar? Wat is de meest realistische verwachting? Door onze constructieve kennis te combineren met onze monitoringskennis, weten we precies op welke plek we sensoren moeten bevestigen om het juiste antwoord op het vraagstuk te krijgen.

De sensoren die op de bruggen zijn bevestigd zijn allemaal draadloos en versturen elk kwartier de verkregen data naar één centraal punt. Hiermee heeft Iv-Infra real-time inzicht in de status van de bruggen. Zodra de sensoren registreren dat de voegopening te klein wordt, worden er automatisch alarmen verstuurd naar de betrokkenen. Waar we in dit vraagstuk naar kijken zijn de instraling van de zon, de wind en de hoeveelheid energie die in de brug blijft zitten. Dit zijn allemaal factoren die invloed hebben op het gedrag van de constructie; op hoeveel de brug onder bepaalde omstandigheden gaat uitzetten bijvoorbeeld.