Directe uitwisseling van warmte is dus niet mogelijk. In ons voorbeeld gaan we de warmte daarom bufferen, zodat de beschikbare warmte niet verloren gaat. Het temperatuurverschil is de drijvende kracht voor opwarmen of koelen. Het is dus zaak om de warme buffer zo warm mogelijk te houden en de koude juist zo koud mogelijk. Vaak wordt een batch verwarmd of gekoeld door de inhoud rond te pompen over een warmtewisselaar. Dit heeft een negatief effect op de terugwinning van energie, want er ontstaat door het rondpompen een gemiddelde temperatuur. In het begin van het opwarmproces is de retourtemperatuur laag en aan het einde hoog. Een betere manier is om de stroom van grondstoffen naar de reactor op te warmen en de productstroom uit de reactor te koelen. Hierdoor blijft de warme buffer op een zo hoog mogelijke en de koude buffer op een zo laag mogelijke temperatuur.
Laag temperatuurverlies door verwarmen en koelen productstromen
Om de daling van de temperatuur in de warme buffer (ontstaan door het opwarmen van het product) te compenseren, moet de warme buffer worden verwarmd. Dit zal elektrisch gebeuren met een verwarmingselement, maar omdat we de grondstoffen naar de reactor verwarmen in plaats van het product rond te pompen, is het temperatuurverlies relatief laag: een gunstig effect. Door het toepassen van een warmtebuffer is er bovendien meer tijd om te verwarmen. Hierdoor is het piekvermogen aanzienlijk lager dan bij directe verwarming. Door het koelen van het product, wordt de koude buffer warmer. Deze dient dus gekoeld te worden. Door de uitgaande productstroom te koelen in plaats van het product rond te pompen, is het noodzakelijke koelvermogen ook maximaal beperkt. Het omschreven concept zorgt er dus voor dat het elektrisch piekvermogen beperkt wordt en dat er maximaal aan warmteterugwinning wordt gedaan.