De crystallizers maken in China onderdeel uit van een nieuw, gigantisch petrochemisch complex. Hoe het werkt: het vat van de crystallizer wordt tot de nok gevuld met 250.000 liter xyleen, met ook nog wat resten tolueen en benzeen, waarop een ‘dekentje’ van stikstof ligt, zodat er geen giftige damp kan vrijkomen. Aan de onderzijde en halverwege het vat wordt in de dubbele wand ethyleen ingebracht, een gas dat gedurende het proces in temperatuur varieert tussen -35 en -84 graden Celsius, om de inhoud van het vat af te koelen. Paraxyleen kristalliseert bij een temperatuur van 13 graden boven nul. Op de wand groeit een laag kristallen aan, die door ronddraaiende schrapers wordt verwijderd. De kristallen zinken naar de bodem, waar een soort slush puppie ontstaat. De vloeistof en het ijs worden onderop afgevoerd, terwijl er bovenin weer vloeistof wordt aangevoerd, want het niveau wordt constant gehouden. In een centrifuge wordt het ijs van de vloeistof gescheiden, in drie trappen, waardoor het product steeds zuiverder wordt. Uiteindelijk komt er para-xyleen uit. Als de installatie eenmaal aan de gang is, draait hij volcontinu, maand in, maand uit.